Woordvoering voorjaarsdebat 2017

Voorzitter,

Wat leven we toch in een waanzinnig gave stad! Een bruisende stad met kansen en een waar de werkgelegenheid steeds meer aantrekt. We werken aan bereikbaarheid en proberen het vestigingsklimaat te verbeteren, zodat meer bedrijven zich in de stad en het ommeland willen vestigen. We hebben afgelopen jaren al ongelooflijk veel stappen gezet en merken dat ondernemers het prettig vinden om in Groningen hun bedrijf uit te oefenen. Juist omdat we ruimte creëren, zodat zij kunnen doen waar ze goed in zijn: ondernemen. 

Om de stad en regio aantrekkelijk en bereikbaar te houden is het van belang dat we blijven investeren in de infrastructuur. Zo is de aanpak van de Zuidelijke Ringweg goed op weg, met oog voor het onderliggende wegennet in de wijken eromheen. Zullen we na de aanpak van de Zuidelijke Ringweg snel door moeten met de aanpak van de westkant van de ring. Voldoende, betaalbare parkeerplekken in de stad, voor zowel bewoners als bezoekers, zijn nodig om de stad bereikbaar en toegankelijk te houden. We maken de stad bovendien bereikbaarder met een verbinding via het Oosterhamriktrace. Daarnaast zullen we blijvend in moeten zetten op onze verbinding met de regio en de kansen moeten benutten die de Eemshaven ons biedt. Maar we zullen ook moeten investeren in onze luchthaven. Een duidelijke wens van de ondernemers. 

Het zijn juist de bedrijven die zorgen voor werkgelegenheid en ontwikkeling van hun medewerkers. Banen zijn nodig om ervoor te zorgen dat mensen onafhankelijker worden, zelf keuzes kunnen maken en kansen kunnen pakken. Werk is de beste zorg die we kunnen geven.

Helaas horen we dat hier regelmatig gesproken wordt over “de zwakkere in de samenleving” en eigenlijk is het behoorlijk denigrerend als er steeds zo over je gesproken wordt. Bovendien erg knap om nog zelf te geloven in jouw kansen als de politiek je steeds wijst op wat je niet kunt. Wat de VVD betreft zou de inzet veel meer moeten zijn op wat je wél kunt. Geen zwaktes compenseren, maar talenten zoeken. 

En wij zijn ervan overtuigd dat iedereen over talenten beschikt. Daar moet je alleen wel achterkomen. Vandaar dat wij ook zoveel waarden hechten aan het in kaart brengen van de kansen. In de vorige periode diende onze partijgenoot Jarig Sipma een motie in om hier een start mee te maken. Zo zou gemeente en werkgevers op ieder moment digitaal inzicht kunnen krijgen in het arbeidspotentieel van de Stadjers. Er is een pilot gekomen en we horen dat het nog steeds de aandacht van het college heeft. Maar is dat genoeg? 

Ondertussen zien we het aantal uitkeringen stijgen. We zitten ruim boven de 10.000 (2016: 10.338). De inzet op ‘kansen in kaart’ loopt nu twee jaar. In die tijd zijn zo’n 3.600 mensen benaderd, maar slechts de helft is ingegaan op een persoonlijk gesprek. Dit gebeurt op vrijwillige basis en het blijft bij één gesprek. We kunnen ons afvragen of dit genoeg is. 

Aan de ene kant hebben we vooral banen nodig om mensen uit de uitkering te krijgen. Wanneer mensen een baan hebben, hebben ze hun eigen inkomen en dat maakt ze onafhankelijker. Meer keuzevrijheid en meer persoonlijke ontwikkeling. 

Aan de andere kant is het van het grootste belang dat iemand die nu (nog) aan de kant de staat, ook zelf de verantwoordelijkheid neemt om iets van zijn leven te maken. Voor sommige mensen is het misschien lastig om uit te vinden waar hun kracht zit en hun kansen. Maar daar kunnen we hen uiteraard bij helpen. Hiervoor is het wel belangrijk dat zij vertellen wat zij kunnen, waar ze goed in zijn en wat ze leuk vinden. Vooral dat laatste is relevant omdat het vaak laat zien waar mensen goed in zijn of waar ze zich in elk geval met plezier in zullen ontwikkelen. 

Wat de VVD betreft moeten we daarom af van de vrijblijvendheid bij het in kaart brengen van de kansen. We moeten weten wat iemands arbeidspotentieel is en momenteel zijn we daar nog lang niet. In het najaar zal hier verder over gesproken worden in de raad, maar wat de VVD betreft worden er het komende jaar flinke stappen gezet en brengen we het merendeel van de uitkeringsgerechtigden in kaart. 

Daar staat tegenover dat actief meedoen ook beloond moet worden. De VVD blijft daarom herhalen dat we er juist voor moeten zorgen dat Stadjers kunnen profiteren van efficiënter werken door de gemeente. Daar waar mogelijk zien wij graag lastenverlaging. Andersom geldt ook dat daar waar bezuinigd moet worden, het geen optie is om de tarieven te verhogen. 

Een ander belangrijk punt voor een prettig verblijf in onze mooie stad is veiligheid. Als de overheid ergens in ieder geval een verantwoordelijkheid in heeft, dan is het zorgen voor veiligheid. Groningen is een bruisende stad en dit neemt ook de nodige opgave met zich mee met betrekking tot veiligheid. We kunnen hierbij denken aan inzet van politie bij evenementen – die vooral door moeten kunnen gaan -, kosten van de benodigde camera’s bij het uitgaan en ook vanwege drugsoverlast, aanpak van huiselijk geweld of juist meer surveillance op straat. Maar ook de risico’s van terreurdreiging in situaties waar veel mensen bij elkaar komen. We moeten ons vooral niet bang laten maken, maar deze mondiale ontwikkelingen nemen wel met zich mee dat er extra inzet vanuit ons veiligheidsapparaat nodig is. Dit vraagt enerzijds om meer rijksbudgetten, maar anderzijds zien we ook een gat ontstaan bij de Veiligheidsregio.

De VVD heeft al eerder aangegeven dat dit gat moet worden opgelost. Het zijn namelijk niet alleen zojuist geschetste uitdagingen op het gebied van veiligheid. We krijgen ook steeds meer te maken met cybercrime. Dit vraagt slimme ICT-ontwikkelingen om de big data beter in kaart te brengen. Dit kan overigens ook voordelen opleveren bij het efficiënter werken op het gebied van handhaving. Als je weet waar je moet zijn, kunnen je veel meer risico gestuurd opereren. Mogelijkheden om criminaliteit, ondermijning en misstanden aan te pakken. Dit vraagt echter wel extra investeringen op het gebied van ICT-ontwikkelingen, maar geeft ook meteen weer kansen voor de werkgelegenheid voor deskundigen op dit gebied. Groningen zou als kennisstad hierin voorop kunnen lopen. 

Een ander belangrijk punt is de informatie die wij hebben – of eigenlijk niet hebben – van criminaliteit op wijkniveau. De VVD verwacht dat de veiligheidsdriehoek – gemeente, politie, OM - betere resultaten in de aanpak van criminaliteit, en het schimmige gebied van ondermijning, kan realiseren als er meer informatie op wijkniveau beschikbaar is. Het is allicht nog niet haalbaar om op korte termijn voor alle wijken in de stad een gerichte aanpak op te zetten. Wel verwachten wij dat er een start gemaakt kan worden met een selectie van wijken. Het lijkt de VVD verstandig om in te zetten op wijken waarvan we weten dat het gevoel van onveiligheid hoog is. Dat percentage hebben we immers wel op wijkniveau. Oude cijfers (buurtmonitor 2014) laten bovendien een verband zien tussen het onveiligheidsgevoel en het aantal aangiften. Dit doet vermoeden dat de inzet op wijkniveau de veiligheid in de stad kan vergroten. 

Wij dienen daarom samen met CDA, ChristenUnie, Groenlinks en PvdA een motie in om de eerste stappen te zetten voor een wijkgerichte aanpak op het gebied van veiligheid. 

Voorzitter, ik rond af. Hopelijk kunnen we vandaag een bijdrage leveren aan een veilige omgeving voor iedereen. Waarin optimaal de ruimte is voor persoonlijke ontwikkeling en groei. Zodat in onze stad niemand aan de kant hoeft te staan. Laten we zorgen voor werk in een veilige omgeving. 

Dankuwel.